Terug naar overzicht

Eenvoudiger eerder stoppen met werken in 2021

Al jaren wordt gesproken over plannen voor een nieuw pensioenstelsel. Een veel gestelde vraag in deze discussie is: hoe kan men het steeds langer werken ook echt volhouden? De stapsgewijze verhoging van de AOW-en pensioenleeftijd maakt dit niet makkelijker en dan met name in fysiek zware beroepen. Hoe ouder we worden, hoe later de AOW ingaat en hoe langer men dus moet werken. Op 12 januari 2021 heeft de Eerste Kamer het wetsvoorstel ‘Wet bedrag ineens, RVU en verlofsparen’ aangenomen. Het kabinet wil met dit wetsvoorstel, dat onderdeel uitmaakt van het pensioenakkoord, meer ruimte bieden voor keuzevrijheid in het stoppen met werken.

De veranderingen op een rij:

AOW betaald door werkgever
Voor werkgevers wordt het mogelijk om met oudere werknemers afspraken te maken over eerder stoppen met werken, zonder dat daar een heffing over betaald moet worden. Van 2021 tot en met 2025 betalen werkgevers geen heffing over regelingen voor vervroegde uitdiensttreding tot een bedrag dat netto overeenkomt met de AOW. Dat betekent dus geen RVU-heffing van 50%. Voorwaarde hiervoor is wel dat uitdiensttreding plaatsvindt in de laatste drie jaar vóór de AOW-leeftijd. Werkgever en werknemer kunnen dus afspraken maken over eerder stoppen met werken zonder dat werkgever de RVU-heffing moet betalen. Het kabinet komt hiermee tegemoet aan de zorgen van werknemers dat zij niet kunnen anticiperen op de verhoging van de AOW-leeftijd omdat zij bijvoorbeeld niet gezond kunnen blijven werken tot zij deze leeftijd bereikt hebben.

Uitzondering voor zware beroepen
Met deze versoepeling van de RVU-heffing gaat ook de Maatwerkregeling Duurzame Inzetbaarheid en Eerder Uittreden (MDIEU) van start. De regeling biedt subsidie voor uitkeringen van werkgevers aan werknemers die het vanwege de fysieke belasting van hun werk niet volhouden om tot de AOW-leeftijd te werken. Deze subsidieregeling start op 1 februari 2021 en loopt tot en met 2025. Hiervoor is een miljard euro beschikbaar gesteld. De komende jaren krijgen werkgevers en werknemers de gelegenheid om afspraken te maken over vervroegd pensioen voor mensen met zware beroepen. De overheid bepaalt overigens niet welke beroepen als zwaar beroep aangemerkt worden. De bedoeling is dat werkgevers en werknemers dit in de diverse sectoren samen bepalen. Sectoren kunnen subsidie aanvragen voor duurzame inzetbaarheid en voor eerder uitdiensttreden.

Verruiming verlofsparen
Om werknemers meer mogelijkheden te geven eerder te stoppen met werken wordt het aantal weken verlofsparen verdubbeld. Een werkgever kan extra verlof toezeggen door bijvoorbeeld overwerk of ploegdiensten (deels) te belonen met extra verlofopbouw. Voorheen was het slechts mogelijk om tot 50 weken belastingvrij verlof op te sparen. Het belastingvrije verlof is vanaf 2021 100 weken geworden. Het gaat dan dus om verlofdagen gedurende welke de werknemer – doorbetaald – in dienst van de werkgever blijft. Werknemers hebben hierdoor de mogelijkheid (meer) zelf te sparen voor vervroegd pensioen. Dit geldt trouwens voor alle werknemers, dus ook voor jongere werknemers die voor bijvoorbeeld een sabbatical willen sparen, voor langdurend zorgverlof dan wel mantelzorg of voor om- en bijscholing. Goed om te weten is dat de vrijstelling van de RVU-heffing en verruiming van het verlofsparen met terugwerkende kracht inwerking treedt per 1 januari 2021.

Bedrag ineens opnemen
Tenslotte krijgen werknemers het recht om bij pensionering maximaal tien procent van de waarde van het opgebouwde ouderdomspensioen als bedrag in een keer op te nemen. De rest van de uitkering gaat dan evenredig omlaag. Op de pensioeningangsdatum kan een deelnemer ervoor kiezen om een bedrag in een keer op te nemen op de pensioeningangsdatum of in februari volgend op het jaar waarin de AOW-datum wordt bereikt. De inwerkingtreding van dit deel staat op de agenda voor 1 januari 2023 zodat met pensioenuitvoerders kan worden bekeken op welke manier aanpassingen gedaan kunnen worden om de uitvoerbaarheid te verbeteren.

Kortom, er komen meer instrumenten om de wens van zowel werkgever als werknemer om eerder te stoppen met werken praktisch vorm te geven. Wil je meer weten, neem dan contact met ons op.

Neem direct contact op