Terug naar overzicht

ONTSLAG STATUTAIR BESTUURDER – HET BELANG VAN DE VERMELDING VAN DE GRONDEN

In de onderhavige zaak stelt een voormalig statutair bestuurder zich op het punt dat zijn arbeidsovereenkomst is opgezegd in strijd met de wet, omdat een redelijke grond tot opzegging ontbreekt. De ex-statutair bestuurder verzoekt daarom om een billijke vergoeding. Een belangrijke vraag in deze zaak was of de ontslagbrief de gronden ‘markeert’. In de ontslagbrief was door de werkgever slechts aangegeven dat sprake was van ‘een verschil in visie en inzicht ten aanzien van het te voeren beleid’. In een latere brief werd daaraan toegevoegd dat ook sprake was van een uit het verschil van inzicht voortvloeiende arbeidsrelatie. Pas bij verweerschrift is uiteindelijk gesteld dat de redelijke grond primair bestaat uit een h-grond (verschil van inzicht in visie en beleid), meer subsidiair de g-grond (een uit het verschil van inzicht voortvloeiende verstoorde arbeidsrelatie) en nog meer subsidiair de d-grond (disfunctioneren).

Ontslagbrief Ontslagbrief

Met een verwijzing naar de parlementaire geschiedenis, stelt de rechter dat de later aangevoerde gronden niet moeten worden meegenomen. Voor de invoering van de Wwz kon een statutair bestuurder middels een procedure over het kennelijk onredelijk ontslag opkomen tegen het ontslag en een vergoeding vordering. In een dergelijke procedure werden nadien aangevoerde gronden niet meegenomen, en er bestaat geen reden daarover nu anders te oordelen. De rechter toetst om deze reden enkel of sprake is van een voldragen h-grond. De d- en g-grond worden dus buiten beschouwing gelaten.

Toetsing aan de h-grond

De rechter geeft daarbij aan dat een verschil van inzicht over het te voeren beleid kan kwalificeren als h-grond. Het beweerdelijk verschil van inzicht is in deze zaak echter onvoldoende onderbouwd, zo stelt de rechter. Het feit dat de ex-statutair bestuurder alleen zou werken aan activiteiten voor scenario B en niet aan scenario A, betekent nog niet dat de slechtere cijfers geheel te wijten zijn aan de ex-statutair bestuurder. Dat uiteindelijk is gekozen voor scenario A, maakt niet dat er sprake is van een verschil van inzicht. Dat de ex-statutair bestuurder niet gefocust was op de financiën, weinig aan acquisitie heeft gedaan, zijn tijd verkeerd gebruikte, grove fouten heeft gemaakt bij het berekenen van bruto marges en de kostprijs niet op orde had, duidt volgens de rechter niet op een verschil van inzicht, maar op een vermeend disfunctioneren. De h-grond is echter niet bedoeld om te worden gebruikt voor het repareren van enige andere onvoldragen grond. Een redelijke grond voor de opzegging ontbreekt dan ook. Een opzegging zonder redelijke grond is als zodanig al ernstig verwijtbaar en de billijke vergoeding wordt daarom toegewezen.

Heeft u hulp nodig bij het ontslag van een statutair bestuurder? Aarzel niet om contact met ons op te nemen.

Neem direct contact op