Terug naar overzicht

Rutte III en de veranderingen in het arbeidsrecht

Afgelopen dinsdag 10 oktober is het regeerakkoord gepresenteerd. In paragraaf 2.1 is opgesomd welke wijzigingen Rutte III voor ogen heeft. Onderstaand een korte samenvatting van de meest belangrijke beoogde wijzigingen.

Ontslag: introductie nieuwe ontslaggrond

Er wordt een nieuwe cumulatiegrond geïntroduceerd. Waar een afzonderlijke ontslaggrond misschien net niet voldoende is voor een ontslag, zou de nieuwe cumulatiegrond wel tot een ontslag kunnen leiden. Het kan dan bijvoorbeeld gaan om disfunctioneren in combinatie met een verstoorde arbeidsverhouding. Dit maakt het voor een werkgever dus eenvoudiger om tot een ontslag te komen. Voor de werknemer staat hier een extra vergoeding tegenover van maximaal de helft van de transitievergoeding (bovenop de standaard transitievergoeding).

Transitievergoeding: meer balans

Door een aantal maatregelen wordt geprobeerd meer balans aan te brengen in de transitievergoeding:

  • Werknemers krijgen vanaf het begin van hun arbeidsovereenkomst recht op transitievergoeding in plaats van na 2 jaar.
  • Elk jaar in dienstverband levert een derde maandsalaris op voor de transitievergoeding. De verzwaring na 10 jaar dienstverband komt te vervallen.
  • De mogelijkheid om scholingskosten in mindering te brengen op de transitievergoeding wordt verruimd.
  • Twee al bestaande wetsvoorstellen ten gunste van werkgever worden doorgezet, namelijk de wet met betrekking tot compensatie voor werkgevers voor betaalde transitievergoeding na twee jaar ziekte en geen transitievergoeding bij ontslag om bedrijfseconomische redenen als een CAO-regeling van toepassing is.

Tijdelijke contracten en proeftijd

Voor opvolgende contracten gaat de teller op nul als tussen contracten een tussenpoos van zes maanden zit. Tussen sociale partners kunnen afspraken gemaakt worden om hiervan af te wijken. De ketenregeling wordt weer verruimd waardoor na drie jaar in plaats van na twee jaar een contract voor onbepaalde tijd ontstaat.

Wanneer een werkgever een werknemer direct een contract voor onbepaalde tijd aanbiedt, kan een proeftijd van vijf maanden worden afgesproken. Voor contracten met een duur van langer dan twee jaar kan een proeftijd van drie maanden worden afgesproken. Voor andere contracten (langer dan zes maanden) blijft de proeftijd een maand.

Verlichting voor werkgevers van de verplichtingen voor loondoorbetaling bij ziekte

De loondoorbetalingsperiode bij ziekte wordt voor kleine werkgever (tot 25 medewerkers) verkort van twee jaar tot één jaar. De re-integratieverplichtingen en de loondoorbetaling worden tijdens het tweede ziektejaar overgedragen aan het UWV. De kosten hiervoor worden gedekt via een uniforme lastendekkende premie, te betalen door kleine werkgevers.

Wet DBA wordt vervangen

De Wet DBA wordt vervangen. De nieuwe wet moet enerzijds (de inhuurder van) echte zelfstandigen zekerheid bieden dat er geen sprake is van een dienstbetrekking en anderzijds schijnzelfstandigheid (vooral aan de onderkant) voorkomen.

De volgende punten zijn hierbij van belang:

  • Er is altijd sprake van een arbeidsovereenkomst bij een laag tarief (tussen de 15 en 18 euro per uur) in combinatie met een langere duur (langer dan drie maanden) van de overeenkomst;
  • Aan de bovenkant van de markt (uurtarief van meer dan 75 euro per uur) wordt voor zelfstandigen een ‘opt out’ voor de loonbelasting en werknemersverzekeringen ingevoerd;
  • Voor zelfstandigen boven het lage tarief wordt een opdrachtgeversverklaring – via een webmodule – ingevuld. Deze geeft de opdrachtgever vooraf duidelijk en zekerheid bij de inhuur van ZZP-ers; en
  • Na invoering van de nieuwe wetgeving wordt in ieder geval gedurende een jaar terughoudend gehandhaafd.

Partnerverlof bij geboorte

Per 1 januari 2019 hebben partners na de bevalling het recht op vijf dagen – door de werkgever doorbetaald – verlof op te nemen binnen vier weken na geboorte. Per 1 juli 2020 krijgen partners aanvullend kraamverlof van vijf weken op te nemen in het eerste half jaar na geboorte. Tijdens het kraamverlof ontvangt de werknemer een uitkering van het UWV, tegen 70% van het dagloon (tot ten hoogste 70% van het maximum dagloon).

Als er ontwikkelingen zijn, dan wordt dat uiteraard gepubliceerd op onze website!

’s-Hertogenbosch, 13 oktober 2017

Neem direct contact op